bloghead

bloghead

woensdag 1 augustus 2012

Donderdag 19 juli 2012: Badlands NP

We werden deze morgen gewekt door heerlijke geuren die vanuit de keuken naar onze kamer dreven. Amy had een ranchontbijt klaargezet, en we keken onze ogen uit. Ze had verse ontbijtburrito’s gemaakt, met scrammbled eggs gevuld, zelfgemaakte yoghurt, zelfgemaakte blueberry-granola, zelfgebakken muffins met blueberries en witte chocolade, aardappelkoekjes, fruitsap en koffie. Daar kunnen die gratis hotelontbijtjes toch aan geen kanten tegenop. We aten ons helemaal suf aan het ontbijt en daarna maakten we ons klaar voor een dagje Badlands. Het werd al aardig warm dus kleden we ons luchtig en smeerden ons goed in.

Naar goeie gewoonte bezochten we eerst het visitor center van de Badlands. Daar was veel aandacht voor de fauna en flora maar ook voor de indianencultuur. De cultuur van vroeger werd belicht, maar ook hoe de natives tegenwoordig staan ten opzichte van het park. Ook de schande van Wounded Knee werd niet uit de weg gegaan, aangezien de weg van de indianen die sneuvelden bij deze slag doorheen de Badlands liep.

En dan was het tijd om op weg te gaan. We reden de Badlands loop road, die eigenlijk geen loop is. We stopten bij diverse uitzichtpunten, wandelden de fossil exhibit trail en genoten ten volle van het landschap. Onderweg zagen we bitter weinig wildlife, behalve een Bighornsheep die heel gewillig posseerde voor de auto’s die stopten. Hij negeerde de toeristen straat en toonden hen dan ook hun mooiste kant.









We reden verder en sloegen af op de wildlife loop, ook hier wederom geen echte loop, maar een onverharde zijweg in het park. Geef toe, als je de straatnaam leest, verwacht je toch wel iets he. Het begon heel rustig, geen wildlife te zien, wel mooie uitzichten. Opeens verscheen daar de eerste bizon. Hij stond mooi naast de weg en herkauwde onverstoorbaar verder terwijl mijn fototoestel weer overuren draaide. Mijn grote lens bewijst zijn nut hier wel. We lachten ons ook wederom krom met de prairiehondjes. Wat zijn dat toch koddige beestjes. Ik kan best begrijpen dat ze voor de ranchers in de buurt een ware plaag zijn, maar als je ze zo ziet zitten, krijg je toch spontaan een glimlach op je gezicht.




Een typisch dier van hier hebben we ,gelukkig, niet gezien, namelijk de ratelslangen. Brrr, ik ben nooit fan geweest van die beesten en ik ga het ook nooit worden. Daarom ben ik er helemaal niet rouwig om dat we ze op onze drie trips nog geen enkele keer in real life hebben mogen aanschouwen.
Nadat we de wildlife loop gereden hadden, reden we verder naar Wall. Dat is een klein stadje dat bij de Badlands ligt en ook erg toerist gericht is. Ze hebben er een drug, wat een soort winkelcentrum is. We keken onze ogen uit wat ze er allemaal verkochten. We vonden een paar leuke frutsels en ons mamsie scoorde zowaar Cowboy Boots. De verkoper van dienst hoorde ons kwebbelen in ons taaltje en vroeg direct of wij Nederlands babbelden. We vertelden dat we van Belgenlandje waren en hij vertelde op zijn beurt dat hij volgend jaar kwam studeren in Leuven. Hij was eigenlijk een Tsjech, had enkele jaren in USA gestudeerd en ging vanaf volgend jaar Europees recht studeren aan de KUL.
Of hoe klein de wereld toch kan zijn.



We reden terug langs dezelfde route die we gereden hadden. We zagen opnieuw de prairiehondjes, opnieuw een bizon en ook ons Bighornsheep kwamen we opnieuw tegen. Deze keer was hij meer in de mood om te poseren en ik kon hem heel mooi en van heel dicht op de foto zwieren.







We reden verder naar de ranch en zagen aan de horizon een grote rookpluim. Bah, dat belooft nooit veel goeds zo’n rookpluimen. Later op de avond, toen ik buiten stond te praten met Phil, vertelde hij dat er een brand was op tien mijl van de ranch. Je kon het vuur ook ruiken in de lucht. Wat wel mooi meegenomen was, was de prachtige zonsondergang, waarvan de kleuren door de rook in de lucht nog sterker naar voor kwamen.











Geen opmerkingen:

Een reactie posten